FAQ
De wet van 23 maart 2019 tot invoering van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en houdende diverse bepalingen, regelt de te voeren boekhouding voor vzw’s. In principe zijn er twee groepen vzw’s te onderscheiden: kleine vzw’s (waaronder microvzw’s) en grote vzw’s (ook ‘andere dan kleine vzw’s’ genoemd)
Vzw’s die niet aan meer dan één van onderstaande voorwaarden voldoen, mogen een vereenvoudigde boekhouding voeren:
-
jaargemiddelde van maximum 5 werknemers;
-
in totaal 391.000 euro (voor boekjaren die starten vóór 1/1/2024: 334.500 euro) aan andere dan niet recurrente ontvangsten, exclusief de belasting over de toegevoegde waarde;
-
in totaal 1.562.000 euro (voor boekjaren die starten vóór 1/1/2024: 1.337.000 euro) aan bezittingen;
-
in totaal 1.562.000 euro (voor boekjaren die starten vóór 1/1/2024: 1.337.000 euro) aan schulden.
Vzw’s die aan twee of meer criteria voldoen zijn verplicht om een dubbele boekhouding te voeren.